stash kroh

Echoes from the underground

Maand: juni, 2014

Echte mannen dragen oranje / Real men wear orange

Stylisten van het Zuiden, lekkere wijven en hockeymeisjes ook.

Ondragelijk slechte slogans #1

Ondraaglijk slechte slogans #1

Wij houden van Oranje

Afgaand op de recente voetbalsentimenten is de Tachtigjarige Oorlog nog steeds een gevoelig punt.

(On)logisch

Omdat het wel anders kan.

Rolling Stones in het Kurhaus, 8 augustus 1964

8 augustus aanstaande is het precies vijftig jaar geleden dat The Rolling Stones hun eerste concert in Nederland gaven. Hierbij de complete geluidsregistratie van dit legendarische optreden:

 

640815 Leeuwarder Courant, rubriek Citaartjes

Mike Jagger was content. (Bron: Leeuwarder Courant, 15 augustus 1964)

Keith Who?

Voor een live verslag van gebeurtenissen tijdens het Pinkpopoptreden van de Rolling Stones had Radio 3FM DJ Timur Perlin het festivalterrein op gestuurd. Nu zullen hedendaagse radiopresentatoren wel vaker zijn te betrappen op wat onzinnig gewauwel maar de bijdrage van Perlin was een wel zeer opvallende demonstratie van journalistieke onkunde. Ter illustratie hierbij een geluidsfragment van Pinkpop waarin de introductie van alle bandleden door Mick Jagger te horen is, gevolgd door de reactie daarop van Perlin:

Steengoed

“Het is werkelijk uniek dat The Rolling Stones op Pinkpop staan” zo meldt het programmaboekje voor Pinkpop 2014. Het zal vooral aan de komst van de Stones gelegen hebben dat deze editie met maar liefst 70.000 bezoekers volledig is uitverkocht. Die toeloop lijkt voor wat het comfort van de betalende toeschouwers betreft net een tandje te druk getuige de lange rijen wachtenden bij de consumptiebonnenverkoop en de bierstands. Als uiteindelijk het eerste festivalpintje is bemachtigd kijken we op het videoscherm voor de Brandbier stagetent naar het afscheidsoptreden van Thé Lau en The Scene. De belangstelling voor dit optreden is enorm en trekt meer toeschouwers dan de festivaltent kan herbergen. Iedereen weet dat Thé niet lang meer te leven heeft. “De dood maakt jacht op mij” zingt hij in één van zijn laatst geschreven songs.  Het is natuurlijk prachtig dat Thé toch nog één keer de kans krijgt om te schitteren op het grootste podium van Nederland, maar het voelt ook een beetje als een begrafenis zonder lijk, bijgewoond door een horde ramptoeristen.  De dood, mits dramatisch genoeg gebracht, verkoopt. Zou John de Mol al een talentshow voor terminaal zieken hebben overwogen?

Mijn voornaamste zorg voor vandaag is een goed plekje te bemachtigen voor het optreden van The Stones. Vooraf geen geringe opgave in de wetenschap dat een groot deel van de 70.000 aanwezigen waarschijnlijk hetzelfde voornemen heeft.  Heel de dag voor het hoofdpodium bivakkeren in de brandende zon en extreem hoge luchtvochtigheid lijkt me echter geen goede opmaat het concert. Dus halen we nog een pintje en begeven we ons naar de 3FM stage achter op het festival terrein waar guitargeek Joe Bonamassa zijn ‘witte’ powerblues ten gehore brengt. De drukkende hitte weerhoudt Joe er niet van om strak in het pak het podium te betreden.  Zijn gitaarspel is een gelukkig huwelijk tussen technische en intuïtieve virtuositeit. Zijn zang doet in de hogere passages denken aan John Mayall. Als songwriter vindt hij naar eigen zeggen voornamelijk inspiratie in de door blanke voorgangers geleverde bijdrage aan de  blues- en rockgeschiedenis van de afgelopen zestig jaar.  Het eindspel van Song Of Yesterday bevat een passage die sterk doet denken aan Out Of Control van de Stones en Won’t Get Fooled Again van The Who wordt ook nog even aangehaald. Het is niet de primaire missie van Bonamassa om te vernieuwen maar om het beste dat het genre definieert vakkundig en smaakvol samen te voegen en met meedogenloze precisie uit te voeren.

Helaas laat de agenda het niet toe de volledige set van Bonamassa te horen. Nog even de blaas legen en dan op naar het hoofdpodium waar John Mayer zo dadelijk speelt. Het lukt gelukkig vrij gemakkelijk om een goed plaatsje links vooraan bij het podium te bemachtigen. Mayer wordt aangekondigd door Giel Beelen, die verklaart volkomen idolaat te zijn van Mayer en bekent dat wat hem betreft Mayer de ‘echte’ headliner van het festival is.  Het is verleidelijk om deze niet geringe aanbeveling toe te schrijven aan de neiging van Beelen om met enige regelmaat iets controversieels te roepen maar ik moet toegeven dat Mayer en zijn band inderdaad een muzikaal zeer vakkundig optreden neerzetten met lekker in het gehoor liggende songs. ‘Mijn’ headliner is het vooralsnog niet gebleken maar ik archiveer het voorlopig wel als het meest onderhoudende ‘voorprogramma’ dat ik bij een Stonesconcert heb mogen aanschouwen.

Dan is het wachten op de Stones die uiteindelijk een kwartier later beginnen dan het programmaboekje belooft. Nadat de intromuziek is uitgebulderd klinken de verlossende woorden “Ladies and gentlemen, will you please welcome… The Rolling Stones!”. De band opent met Jumping Jack Flash, gevolgd door You Got Me Rocking, It’s Only Rock ‘n’ Roll en Tumbling Dice. Daarna wordt er even gas teruggenomen met een degelijke uitvoering van Angie. Voor de diehard fans biedt de setlist vandaag geen spectaculaire verrassingen. De Stones zijn naar Pinkpop gekomen om het publiek te betrekken in het verwachte feest der herkenning. Voornaamste obscuriteit is Rocks Off, het openingsnummer van het album Exile On Mainstreet, dat gepresenteerd wordt als ‘publiekskeuze’. De uitvoering lijkt te bevestigen dat het nummer niet iedere avond op de setlist staat. Keith speelt een valse lick tijdens de brug en Jagger lijkt verrast door het nogal abrupte einde. “We hebben het van te voren nog even gerepeteerd in de tent” bekent Mick.  Halverwege de show wordt de band voorgesteld. Gevolgd door het  traditionele setje songs met Keith als leadzanger tijdens welke Mick  het podium verlaat (volgens onbetrouwbare bronnen zou hij deze pauze benutten om even bij te komen in een zuurstoftent).  De show verloopt grotendeels volgens script maar de uitvoering van de songs is allesbehalve plichtmatig en laat voldoende ruimte voor improvisatie. Mick spreekt het publiek een aantal keer in charmant steenkolennederlands toe en weet de menigte optimaal mee te krijgen tijdens de rituele publieksparticipatiemomentjes in diverse songs.

Een absoluut hoogtepunt is de uitvoering van Midnight Rambler met gastgitarist Mick Taylor die het nummer met zijn virtuoze improvisatiespel naar een hoger plan tilt. Tijdens de wat moeizame gitaarsolo’s van Keith in Gimme Shelter en Sympathy For The Devil is het dan ook maar moeilijk te bevatten dat Taylor werkloos backstage staat.  Die luxe kan alleen The Greatest Rock & Roll Band In The World zich permitteren.

Dat ook rockgoden wel eens pech hebben blijkt als de percussieloop die tijdens Sympathy For The Devil meedraait hapert waardoor Charlie  genoodzaakt is om even te stoppen met drummen. Brown Sugar is de uitsmijter van de reguliere set. De band verlaat het podium, het publiek schreeuwt om meer….

En natuurlijk wordt dat verzoek even later gehonoreerd. Het speciaal voor deze gelegenheid geëngageerde Utrechtse close harmony koor ‘Dekoor’ zet het intro van You Can’t Always Get What You Want  in en de Stones verschijnen weer op het podium voor het slotoffensief. Mick heeft een fris rood zijden overhemd aan en draagt een zwarte oversized pet. Keith heeft zijn zeegroene overhemd verruild voor een Pinkpoproze. Weer zingt het publiek uit volle borst mee. “Thank you Holland! You sounded amazing!” roept ceremoniemeester Jagger.

“Are you ready?” De bekendste riff uit de rockgeschiedenis knalt uit de speakers. “I Can’t Get No…”. Tijdens de gitaarsolo ontdoet Jagger zich van zijn rode overhemd waaronder hij een Oranjeshirt blijkt te dragen. Ongetwijfeld tot groot genoegen van Bert van Marwijk en overige aanwezige voetbalminnaars. “Thank you very much Holland”. “We gotta, gotta go now”. “Tot de volgende keer” denk ik.

 

Jagger in actie (foto: Tieman)

Jagger in actie (foto: Tieman)

Stiltecoupé

25 mei 2014

25 mei 2014