I remember Elvis Presley

Op dinsdag 16 augustus 1977 overleed Elvis Presley.  Het nieuws bereikte mij pas op 17 augustus. Overdag via de radio en ’s avonds via het televisiejournaal. Ik herinner me beelden van wenende fans en een reportage met daarin een kort commentaar van Chuck Berry over de muzikale nalatenschap van Elvis. In datzelfde programma kwam ook een dame aan het woord die wist te vertellen dat Elvis vaak een pistool bij zich droeg, verstopt in zijn laars!

Ik was pas acht en moet bekennen dat de faam van Elvis voor zijn overlijden grotendeels aan mij voorbij is gegaan. Aanvankelijk was hij voor mij niet meer dan een artiest die zijn flamboyante pakken waarschijnlijk in dezelfde winkel kocht als de op dat moment in Nederland populaire Brabantse zanger Jack Jersey. In de hausse aan belangstelling die volgde na zijn dood werd me duidelijk dat Elvis ‘the real thing’ is (die zijn jumpsuits door Ossie Clark liet ontwerpen) en Jack Jersey slechts een epigoon (die zijn pakken waarschijnlijk bestelde bij de grootvader van Roy Donders).

Opeens bleek iedereen altijd al Elvis fan te zijn geweest. En dus ging ik, plooibaar als ik nog was, ook overstag. Ik kreeg mijn moeder zover een langspeelplaat te kopen van The King; ‘Elvis Sings Hits From His Movies (Plus Two Recent Hits)’. Het enige verband tussen de songs op deze compilatie is dat het voornamelijk liedjes zijn die Elvis ten gehore brengt  in enkele van zijn films. Het resultaat is een schurende combinatie van net iets te olijke niemendalletjes als ‘When The Saints Go Marching In’, ‘Confidence’, ‘How Would You Like To Be’, ‘Old MacDonald’ en juweeltjes als ‘Frankie And Johnny’ en  ‘Long Legged Girl (With The Short Dress On)’. Nota bene de twee recente hits ‘Guitar Man’ en ’Big Boss Man’, songs die niet gebruikt zijn voor een filmsoundtrack, zijn de beste tracks op het album.

Postuum scoorde Elvis in 1977 in Nederland nog een hit met het vreselijke ‘Wooden Heart (Muss I Denn)’ dat gedurende enkele maanden in de Top 40 stond. Van de kerstman kreeg ik in december ‘Elvis’ Christmas Album’, een voor die tijd van het jaar uitstekende plaat. Alles bij elkaar was de ‘ontdekking’ van Elvis in 1977 voor mij zeker een factor van belang in de prille ontwikkeling van mijn muzikale smaak, maar de stijlschizofrenie die genoemde platen laten horen heeft  me destijds niet geprikkeld uitvoerig kennis te nemen van de rest van de Elvis catalogus.

Veertig jaar later vind ik ‘Guitar Man’ nog steeds geweldig en ‘Elvis’ Christmas Album’ draai ik nog iedere kerst minstens één keer.